Als je denkt dat het mogelijk is om af te breken, geloof dan dat het mogelijk is om te repareren.
(Rabbi Nachman van Breslav)
Lijden-pijn van de Shechiena
De Ba’al Shem Tov heeft gezegd dat je moet bidden voor de behoeften van de Shechiena (de aanwezigheid van G’d in de wereld) en niet voor je eigen behoeften.
Zijn studenten vroegen: “Hoe weten wij wat de behoeften zijn van de Shechiena?” De Ba’al Shem Tov antwoordde: “Kijk naar je eigen leven, dan weet je wat de Shechiena nodig heeft”.
Het Joodse volk heeft veel geleden en vele vernietigingen doorstaan. Als volk en als persoon binnen het Joodse volk is de taak om te herinneren. Niet alleen voor onszelf, maar het is een middel om ons open te stellen voor het lijden van de Shechiena. Wat betekent dat?
Met andere woorden, de pijn van één enkel uitgehongerd kind is al onmetelijk. De pijn van een wereld met honderdduizenden uitgehongerde kinderen is totaal onbegrijpelijk. Elk van deze individuele ervaringen van lijden is een uitdrukking van iets dat fundamenteel verkeerd is in onze wereld.
Deze “fundamentele fouten” heet de ballingschap van de Shechiena – G’d op een verwrongen manier in de wereld voorgesteld. Dit komt door vervreemding en gebrek aan kennis van de Thora, de regels, normen en waarden. Dit is een onderdeel van de vernietiging waar we tijdens Tisha b’Av om rouwen.
Pijn
Deze grote pijn is voor velen een abstract idee omdat het een gevoel is dat iedereen met zich meedraagt en gevoel is abstract.
We verbinden ons met het lijden van de Shechiena door de innerlijke pijn die elk van ons elke dag voelt. Het idee van Tisha b’Av is niet om medelijden met onszelf te hebben. Het idee is om een moment van identificatie te bereiken, om fysiek verdriet te hebben over het lijden van de Shechiena.
De pijn beheren
Innerlijke pijn kan overweldigend zijn. De halachot (regels) van Tisha b’Av helpen ons deze pijn uit te drukken.
De regels van het rouwen maken het mogelijk om pijn een plek te geven. Het dieptepunt van het verdriet is de nacht van Tisha b’Av. De weg terug naar vreugde begint op Tisha b’Av- op het middaguur. Waarna een paar dagen later, de 15de Av een dag van enorme vreugde is.
In de gebrokenheid van de wereld, moeten wij ons concentreren op onze taak die de Joodse geleerden ons hebben opgedragen: De ongegronde haat tegenover elkaar uit te roeien en geen kwaad spreken. Dit was de manier waarop Joden elkaar behandelden in de aanloop naar de vernietiging van de tempel, met moedwillige en ongegronde haat. Dit moeten wij nog steeds uitroeien.
Onze pijn en de pijn die onze voorouders werd aangedaan, is onbegrijpelijk. De omvang van het verlies en de verwoesting dat daarop volgde in de tweeduizend jaar van ballingschap was verschrikkelijk. Er wordt van ons verwacht dat wij bewust zijn van wat ons volk is overkomen.
Het is niet de bedoeling dat we de hele tijd verdrietig zijn – daarom duurt Tisha B’av 25 uur.
Gebruik de overweldigende pijn van Tisha B’av en wordt sterker, gezonder en beter voorbereid om opnieuw verbinding te maken met G’d, met anderen en met jezelf.
9 Av en de volkeren
Tisha b’Av gaat over het enorme lijden van het Joodse volk maar wij realiseren ons ook dat er miljarden niet-Joodse mensen in een situatie zijn waarbij hun leven onzeker is door armoede, bedreiging en zonder gezondheidszorg.
9 Av is een dag van rouw om de tempel in Jeruzalem. Deze tempel was een ‘huis van gebed voor alle volkeren’. 9 Av is ook een dag van hoop, de weg naar vrede en herbouw van de Tempel.
Hoop
Volgens de Joodse traditie zal de Masjieach op Tisha b’Av worden geboren.
Zoals onze geleerden zeggen: wat verloren is, kan worden hersteld, wat is vernietigd, kan worden herbouwd en wat verdwijnt kan op een dag terugkeren.