Het is een lastige taak om jezelf te kennen en op te voeden. Naar aanleiding van dit grote probleem van zelfopvoeding hebben de leerlingen van rabbijn Avigdor Miller hem gevraagd wat het verschil is tussen trots (ga’ava) en nederigheid (anava)?
Wat is trots? In het Hebreeuws ga’ava en dat betekent arrogantie. Anava betekent nederigheid. Dat is de simpele verklaring die algemeen bekend is.
Nederigheid
Er zijn twee verschillende niveaus van nederigheid. Het ene niveau is je goed te gedragen ten opzichte van andere mensen, d.w.z. dat je de waarde van mensen moet respecteren, een ander is belangrijk, dus niet alleen je eigen belang.
Als een persoon nederig (anav) is dan realiseert hij zich dat niet alleen hij belangrijk is maar andere mensen ook. Hij gedraagt zich met aandacht en respect naar anderen. In de Talmoed zien we dat ‘anava’ zowel nederigheid als vriendelijkheid betekent. Als een persoon nederig is, dan realiseert hij zich dat welzijn van andere mensen belangrijk is en hij zal altijd rekening met anderen houden.
Maar er is nog niveau van nederigheid (anava).
Het andere niveau is als volgt: Een echte nederige is iemand die beseft dat hij altijd in de Aanwezigheid van G’d staat; dat is een hoger spiritueel niveau van nederigheid.
Dat was Moshe: והאיש משה עניו מאוד “en de man Moshe was heel nederig”.
Waarom was hij het meest nederige mens die ooit heeft bestaan?
Omdat hij de hele tijd naar de gelijkenis van G’d keek. Als je voor een koning staat, ben je echt nederig. En Moshe voelde altijd de Aanwezigheid van G’d – dit is een hoger niveau van nederigheid.
Trots
Ook bij trots zijn er twee niveaus.
Een is duidelijk: trots is als iemand alleen aan zichzelf denkt en zich beter voelt dan anderen.
De tweede is ook als hij niet alleen aan zichzelf denkt, maar hij is arrogant. Hij denkt dat de wereld een plek is waar alles kan en mag . Hij geloofd wel in G’d maar zijn overtuiging is niet zo duidelijk; van het bestaan en aanwezigheid van G’d. Hij voelt hij dat hij in een lege wereld is. Ja, G’d bestaat wel in de gebedenboeken en in de Thora, maar niet op straat.
Een mens die de aanwezigheid van G’d aanvoelt als hij onder de hemel in de open lucht loopt, dan voelt hij dat G’d hem altijd ziet. Zo iemand heeft geen plek voor trots. Maar als hij dat gevoel niet heeft is hij misschien wel heel vriendelijk voor andere mensen, maar hij voelt zich ongecontroleerd in zijn leven omdat hij geen Meester over zich heeft hoewel misschien af en toe een gebedenboek en de Thora (Bijbel) inkijkt.
Meester (trots en nederigheid)
Om een Meester te hebben in een gebedenboek en Thora is makkelijk. Je sluit de gebedenboek en de Thora en je bent klaar met je Meester tot je volgende gebed. En bij het volgende gebed open je het gebedenboek en dan davven (bid) je weer een paar minuten tot je Meester. En G’d is een vriendelijke Meester; zolang Hij je niet stoort.
Als je aan G’d denkt tijdens het bidden dan is dat heel goed. Maar je kan ook bidden terwijl je helemaal niet aan G’d denkt en je gedachten helemaal zijn afgeleid.
Zo iemand is ook een trots mens want hij leeft zonder zich te realiseren dat G’d overal aanwezig is. Hij vult de plaats in van G’d.
Het is alleen de persoon die altijd aan G’d denkt, deze persoon heeft geen trots.
Bron: https://torasavigdor.org/ over trots en nederigheid
Dankjewel. Het leest niet heel erg lekker. Soms lijkt het alsof de auteur niet heeft terug gelezen wat hij/zij schreef.